WOII

Misbruik van kaarten voor propaganda tijdens WOII door de slechterikken is algemeen bekend. Interessanter misschien wel is de rol die kaartenmakers aan de andere kant van de oceaan hebben gespeeld.

Amerika werd langzaam in de oorlog getrokken – het isolationistische karakter van de Verenigde Staten had hen niet gestimuleerd om snel participant te worden in de strijd, die duizenden kilometers van hen vandaan plaatsvond. Nou was dat natuurlijk in één klap veranderd met de aanval van Japan op de Amerikaanse marinebasis Pearl Harbour in 1941, maar daarmee was nog niet gezegd dat de Amerikaanse bevolking overtuigd was van inmenging in de strijd op Europees grondgebied. Passend in een Amerikaanse documentaireserie uit 1942 getiteld ‘Why we fight’, waarvan de naam geen verdere uitleg behoeft, was een cartografische uiteenzetting van de uiteindelijke gevolgen van de Duitse expansie voor de nog verafgelegen Amerikanen. Frank Capra, een Italiaans-Amerikaanse filmmaker, maakte deze serie van zeven films, waarvan de laatste was getiteld ‘War comes to America’. Het tweede deel, ‘The Nazi Strike’, was cartografisch gezien het meest interessant, want hierin werd visueel gemaakt dat achtereenvolgens de heerser over Oost-Europa de macht zou veroveren over de ‘Heartland’ (groot-Duitsland), en de heerser over de Heartland de macht zou veroveren over het hele Europese-Afrikaanse-Aziatische continent en tenslotte over de wereld. Het laatste shot uit de film toonde een wereld bedekt door hakenkruizen. Een effect van de cartografische inspanningen van de Amerikanen was dat de burgers van de Verenigde Staten niet alleen meer van de bestaande dreiging overtuigd raakten, maar ook meer van de wereld(verhoudingen) gingen begrijpen. (Dat laatste leek me een welkom bijverschijnsel, in een land waar ongeveer 80% van de tegenwoordige bevolking geen paspoort bezit.) In wezen keerden twee ‘uitvindingen’ van Hitler zich op deze wijze tegen hem: de termen Lebensraum en Geopolitiek. Beiden stonden voor de beoogde uitdijing van het Derde Rijk, uiteraard ten koste van andere landen en volken.
(Dat kaarten naast propagandamateriaal ook als militair instrument werden gebruikt was overduidelijk, maar de schaalgrootte waarop dat was gebeurd verbaasde me toch: Historicus Jeremy Harwood heeft het in zijn boek To the ends of the World – 100 maps that changed the World over een miljard (!) kaarten die alleen al door de geallieerden werden gemaakt en gebruikt gedurende de oorlog.)
De apotheose van de film Der Untergang uit 2004 speelt zich wat mij betreft overigens ook rond een kaart af. Het zijn de laatste dagen van Hitler en zijn staf in Berlijn, dat geteisterd wordt door de aanvallen van de Russen, die de stad bijna hebben ingenomen van de Duitsers. Hitler zit aan zijn stafleden uit te leggen welke legereenheden hij waar naartoe verplaatst wil hebben. Driftig wijst hij zijn commando’s aan op de kaart die voor hem ligt. Zijn officieren kijken elkaar ondertussen gespannen aan, want de eenheden waar Hitler het over heeft bestaan helemaal niet meer, of zijn in elk geval niet binnen handbereik. De officieren bieden bibberend tegenspraak. Hitler is furieus, kaffert zijn mensen uit over zoveel onwil. De stafleden, en de kijkers, weten wat Hitler niet wíl weten, namelijk dat de bewegingen van zijn troepen alleen op papier kunnen bestaan.

De moderne geschiedenis vertoont een verhaallijn van de invloed ván de verbeelding óp de verbeelding. Ik wist natuurlijk, net als elke andere oplettende tijdgenoot, dat de nazi’s in de tweede wereldoorlog een hele propaganda-industrie hadden, die zeer effectief was geweest in zijn uitwerking. Ik vond het interessant om hier nog eens nader naar te kijken en in te zoomen op de cartografische illusies die in die tijd werden voorgeschoteld.In de jaren dertig van de 20ste eeuw werd Duitsland door de nazi’s afgebeeld als kwetsbaar land. Polen en Tsjecho-Slowakije leken wel een hap te nemen uit de oostkant van Duitsland, het land met hun impliciete aanwezigheid alleen al bedreigend. Tenminste, dat moest de kaart doen geloven.
Explicieter was een simpel uitgevoerde grafische kaart, waarop te zien was hoe er een waaier van vijandige bommenwerpers geheel Duitsland bedekte, ingevlogen vanaf Tsjecho-Slowakije, en duidelijk niet met vreedzame bedoelingen.
Het zag er indrukwekkend uit. Alleen: de Tsjechische luchtmacht beschikte helemaal niet over dit soort vliegtuigen. Op een latere kaart die de zogenaamde Anschluss van Oostenrijk in 1938 moest rechtvaardigen was er geen enkel onderscheid te zien tussen Duitsland en Oostenrijk. Wel werden de (voormalig) Oostenrijkse steden nadrukkelijk vermeld. De kaart was gedrukt in een handzaam formaat, zodat deze gemakkelijk zijn weg zou kunnen vinden naar de handen en hoofden van de Duitse bevolking. Het uitgangspunt was; als je maar vaak genoeg ziet dat iets is, ga je ook geloven dat het is. Ná het uitbreken van de oorlog werd Duitsland ineens niet meer als zwak en potentieel slachtoffer van zijn buurlanden afgebeeld, maar was er, cartografisch gezien, een nieuw land opgestaan, machtiger dan al zijn buren bij elkaar.

Nieuwsbrief
Blijf op de hoogte van nieuws, verhalen en andere ontdekkingsschrijverij. Je kunt je hier aanmelden voor mijn maandelijkse nieuwsbrief.